In de opgravingsput is het verloop van de veerweg herkenbaar als lichtbruine leemlaag die langzaam van de dijk (links) afloopt naar de Maas (rechts). Omdat een leemlaag die nat wordt onbegaanbaar is, is als "verharding" de weg afgestrooid met een dikke zwarte aslaag. Overigens zijn er ook fragmenten van dikke grijze tegels gevonden die suggereren dat de weg ook wel bestraat is geweest.
Dit laatste herkenbare niveau is vroeg 20ste-eeuws. Hieronder zijn nog 19de-eeuwse lagen gevonden.